Afgelopen vaarseizoen hebben diverse leden omzetverlies geleden of kosten moeten maken (bijv. voor het strijken van masten) doordat bruggen of sluizen niet bediend konden worden. In sommige gevallen kan je je een deel van die schade verhalen op de overheid. Dit wordt nadeelcompensatie genoemd. Het uitgangspunt hierbij is uitdrukkelijk vergoeding van een deel van de schade en dus geen vergoeding van alle schade. Het idee hierachter is dat meedoen aan de maatschappij risico lopen betekent. Er wordt daarom altijd een bedrag in mindering gebracht vanwege het ‘normale maatschappelijk risico’ of ‘normale ondernemersrisico’. Hoe hoog dit bedrag is, is afhankelijk van de hoogte van de brutowinstmarge van een onderneming.
Vanaf 1-1-2024 gelden de volgende percentages:

In onze sector valt de brutowinstmarge veelal in de derde categorie (65-100%). Dit betekent dus, dat als het schadebedrag minder is dan de omzetdrempel van 8%, je niet in aanmerking komt voor een vergoeding.

Daarnaast gelden er nog meer eisen:

1. Er moet sprake zijn van een ‘speciale last’; je wordt onevenredig zwaar getroffen in vergelijking met anderen in min of meer dezelfde positie (een beetje overlast moet iedereen accepteren);
2. Er moet sprake zijn van een ‘abnormale last’; het overheidshandelen moet flinke gevolgen hebben, zoals enorme omzetdaling of forse extra kosten (een beetje schade valt onder het al eerder genoemde ondernemersrisico).

Als laatste zijn de volgende punten ook van belang:

• Als je je schade (bijvoorbeeld via je verzekering) vergoed hebt gekregen, heb je geen recht op nadeelcompensatie.
• Op grond van de zogenaamde ‘bagatelregel’ komt schade die minder dan 2 procent van je jaaromzet bedraagt sowieso niet voor vergoeding in aanmerking. (Aan te tonen aan de hand van de jaarcijfers van het schadejaar en de drie voorafgaande jaren.)
• Van belang is of de schade te voorzien was of niet. Als je problemen kon voorzien, krijg je de schade die daarvan het gevolg is, niet vergoed (voorbeeld: als de stremming vooraf is aangekondigd kan je geen vergoeding krijgen voor omzetderving).
• Elke burger heeft de plicht zijn schade zo veel mogelijk te beperken. Je kan dus niet afwachten en de rekening voor de schade aan de overheid presenteren. Je moet zelf actief de schade beperken.
• Als er sprake is van overmacht bij de overheidsinstantie is de overheid niet gehouden tot betaling van enige schadevergoeding. (Sluisdeuren die het plotseling begeven, kunnen overmacht opleveren.)
• In het geval dat je naast nadeel ook voordeel hebt, wordt dit voordeel verrekend met het nadeel. Zo kan je last hebben van de werkzaamheden aan een aquaduct, maar als het werk klaar is hoef je nooit meer te wachten voor een brug.

Al met al is het geen makkelijke materie en is het erg lastig om hiervoor in aanmerking te komen.
Voor meer informatie kan je op deze site een brochure downloaden en via deze link de aanvraag indienen.